Literatuur met verschillende leerstijlen

Methodologische stappen

Ontwerp een activiteit voor tekstbegrip. 

Begin deze activiteit met een korte video (bv. een videoles op TEDed) of een andere presentatie van een kort verhaal en de auteur ervan; het doel is een algemeen overzicht te geven van het materiaal dat ze gaan lezen. Gebruik Padlet om de leerlingen hun verwachtingen te laten uitspreken op basis van de inleiding, met duidelijke criteria over de kenmerken waarop ze moeten wijzen.

Geef de leerlingen het korte verhaal in digitaal en audioformaat; laat hen een week de tijd om het te lezen en te beluisteren. Nadat ze het verhaal gelezen hebben, spelen ze een escape room (Thinglink, One Note). Voer een discussie over de belangrijkste elementen van het verhaal (personages, plot, genre, enz.). Verdeel de leerlingen in kleine heterogene (volgens geslacht, prestaties, interesses...) groepen en leg hen een paar verschillende keuzes voor om een eigen overzicht van het korte verhaal te maken. Ze kunnen bijvoorbeeld een cartoon maken (MakeBeliefsComix of een andere), of ze kunnen een rollenspel spelen en een scène voor het verhaal filmen (Windows Movie Maker), of ze kunnen een Canva-poster maken of een audio-interview maken met enkele van de hoofdpersonen.

Deel beoordelingsrubrics en vraag hen elkaar te evalueren (peer assessment). De leerkracht geeft ook feedback via dezelfde rubrics.

Test de leerlingen ten slotte via een begeleide schriftelijke online toets als afsluitende activiteit; vraag hen hiervoor een samenvatting of een verslag te schrijven op een digitale tool (Wizer - MOOC Module 2). Via de tool kunnen de leerlingen ook hun feedback geven op de hele activiteit.

Beoordeling van vaardigheden

Deze activiteit ontwikkelt zowel kennis als vaardigheden, de kennis is vakspecifiek - autochtone of allochtone literatuur - maar de vaardigheden zijn vakoverschrijdend, met name de taalvaardigheid en de digitale competenties. Er is een goede verscheidenheid aan activiteiten die de stroom van de eenheid beoordelen, van formatief tot summatief, waarbij leerlingen worden betrokken bij de beoordeling van zichzelf en elkaar. 

Communicatie

Communiceer face-to-face met leerlingen tijdens videolessen (met behulp van Zoom, Teams, Meet). Leerlingen kunnen met elkaar communiceren via de instant messaging dienst in videogesprekken, gedeelde documenten en sociale netwerken (WhatsApp, Facebook, Twitter, enz.).